Patrice Riemens on Wed, 4 Jan 2017 10:40:56 +0100 (CET) |
[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]
[Nettime-nl] Ippolita Collectief: Internet: De democratische Illusie (II.12) |
Ippolita Collectief Internet: De Democratische Illusie. Hoofdstuk II Directe democratie en beraadslagingen per computerDemocratie zag het licht in het oude Athene - zegt men. Men roemt dan het uitzonderlijke karakter ervan, maar vergeet er veelal bij te vermelden dat het om een militaristisch, op slavenarbeid gebaseerde samenleving was, waar vrouwen niet bepaald gelijk aan mannen waren. Studies over de antieke wereld, en het zijn er nogal wat op het gebied van de geschiedenis, de wijsbegeerte, het recht, kunnen van pas komen om onze eigen prestatie-zonder-grenzen-maatschappij beter te begrijpen.
In de loop van de geschiedenis heeft het begrip democratie zelf twee heel verschillende betekenis gekend. De term is in de 6e eeuw voor Christus in Griekenland bedacht. Toen duidde hij op een systeem waarin burgers besluiten namen in bijeenkomsten waar alle deelnemers een gelijke stem hadden. Openbare ambten werden soms door middel van verkiezingen vervuld, maar werden ook bij loting toegewezen, of door procedures die iets van beide hadden. Men kan dus de geschiedenis van de democratie op twee manieren beschrijven: hetzij met het antieke Griekenland in het algemeen als voorbeeld, of met de gelijkheidsprocedures die het bewerkstelligen van een consensus tot doel hadden als enige uitgangspunt. Het waren de laatsten die in het oude Athene als democratisch werden bestempeld. In het algemeen bestaat de neiging om die twee benaderingen als een en dezelfde te beschouwen: immers, ook wetenschap en filosofie, denkt men dan, zijn in Griekenland 'uitgevonden'.
Nochtans zijn gemeenschappen die op basis van gelijkheid functioneren van alle tijden. En sommigen blijken stukken egalitairder te zijn geweest dan het klassieke Athene. Zij hebben allemaal hun eigen, specifieke procedures ontwikkeld om te komen tot de besluiten die belangrijke zaken voor hun gemeenschappen aangaan. In een voortreffelijk klein boekje heeft David Graeber overtuigend aangetoond hoe de Westerse traditie in het algemeen weigert om formules die in andere tradities ingang vonden, of het nu in China, India of Mesopotamie was, als democratisch te beschouwen [1]. De oorzaak ligt voornamelijk aan het feit dat in de meest gevallen er geen sprake was van stemming/verkiezingen, maar dat er in die bijeenkomsten naar breed consensus of eenstemmigheid werd gezocht.
Dit streven naar consensus is ver verwijderd van wat wij meemaken in onze huidige parlementaire debatten. Het heeft ook weinig uitstaan met een systeem die op stemmingen en verkiezingen gebaseerd is. (Echte direkte democratie) heeft meer iets weg van bemiddeling en verbinding zoeken tussen meerdere elementen om tot een besluit te komen die niemand als volstrekt onaanvaardbaar zal ervaren - en dus zal verwerpen. Zo'n consensus kan trouwens zelfs bestaan naast allerlei onenigheden.
Het model waarlangs huidige liberale democratieen zich ontwikkeld hebben is dat van een rechtsstaat die in staat is om bepaalde normen op te leggen/ te handhaven, maar ook langs een bepaalde opvatting van burgerschap. Het verschil tussen parlementaire en 'Atheense' democratie is derhalve zowat onoverbrugbaar. Die laatste was, hebben we al gezegd, sexisties en op slavenarbeid gebaseerd, maar zij stoelde ook op een vorm van direkte democratie die totaal onbekend is in het systeem van vertegenwoordigende afvaardiging en van macht van de meerderheid dat vandaag de dag aan ons voor even vanzelfsprekend als onvermijdelijk wordt voorgesteld.
Wat men ook beseffen moet is dat het woord democratie tijdens het grootste deel van onze geschiedenis gelijk gesteld is geweest aan politiek geweld, straat terreur en sektarische onlusten. Dus eigenlijk dezelfde afkeurende bijbetekenis die men tegenwoordig bij de term anarchie plakt. Welnu moeten wij ons niet afvragen wat er voor ruimte dan bestaat voor een denkbeeldige direkte democratie waarvan de dragers speciaal daarvoor ontwikkelde online platforms zouden zijn. Daarvan lijken tegenwoordig twee 'smaken' te bestaan: aan de eene kant dwangmatig ventileren van meningen en standpunten, ook bekend als 'clicktivisme', en aan de andere vertrouwen op algoritmen-filters die in staat zouden zijn om uit te maken wat de overheersende opinie van het moment is. In alle gevallen moet de nadruk worden gelegd op het feit dat beraadslagingen met behulp van computers, zoals 'LiquidFeedback' (LQFB) bijvoorbeeld, niets te maken heeft met het zoeken naar consensus.
Naar onze stellige overtuiging mag een democratie die op het stemmen gebaseerd is de naam democratie niet dragen. Echte democratie is directe democratie, punt uit. Jaren geleden had het Sociaal Centrum Livello 57 in Bologna een flyer uitgebracht met de text "Ja zeker, ik doe aan politiek! Om de vijf jaar word ik even los gemaakt zodat ik een briefje in een stembus mag deponeren: ikke ben echt een vrij mens, hoor!" Maar alle gekheid op een stokje: het is niet omdat je de god ganse tijd over 1000 en 1 dingen een stem mag uitbreken dat er dan meteen sprake is van direkte democratie.
In een lichtend stuk met als titel 'democratie en relativisme: debatten met MAUSS' [2] heeft Cornelius Castoriadis het voornaamste argument dat tegen directe democratie geuit wordt in huidige maatschappijen naar voren gebracht: namelijk schaalgrote. Het op vertegenwoordiging gebasserde regiem zoals wij die kennen bestond niet in de Oudheid. In het Westen kwam het op tijdens de Middeleeuwen, pakweg vanaf 1200, in steden die naar zelfbestuur streefden. De bevolking van zulke steden kwam zelden boven de zes duizend uit - dus een stuk minder dan de dertig a veertig duizend actieve burgers die Athene telde in het klassieke tijdperk. En in tegenstelling tot het oude Athene werden in de Middeleeuwse steden geen ambtsdragers maar vertegenwoordigers gekozen.
Het idee zelf van vertegenwoordiging is een moderne idee, met als oorsprong vervreemding en politieke divergentie [dwz in het idee dat politiek per definitie conflictueus moet zijn -vert]. 'Vertengenwoordigen', hetgeen dat een 'represantant' doet, was vroeger een overgankelijk werkwoord - het is nu onovergankelijk geworden. Vertegenwoordigers waren 'represantanten' _tegenover_ de macht(hebber/s). Hun bestaan veronderstelde dat er een vorst was - het standaard voorbeeld is dan Engeland. In tegenstelling tot een absolute monarchie, moet de koning/in in dat systeem met een parlement regeren, waar de vertegenwoordigers van zijn onderdaan _tegenover_ haar of hem staan. Schaal is dus niet een probleem van bevolkingsaantallen. Direkte democratie kan heel goed functioneren met 40.000 actieve burgers, op voorwaarde dat die mensen elkaar bij zicht kennen omdat ze in dezelfde wijk of dezelfde dorp wonen, of een zelfde hulpbron beheren, enz. en dan groepen hebben gevormd die met en door elkaar verbonden afsluiten ('federeren') [*]. Daartegenover staat dat cybernetische platforms die allemaal een 'kritieke massa' trachten te bereiken niet anders functioneren dan de door privé-bedrijven gerunde, digitale 'sociale' netwerken die een neo-kolonialistische kultuur aanmoedigen. Vertegenwoordigers naar een parlement sturen is met andere woorden geen stap voorwaarts in de richting van direkte democratie.
Maar ons doel hier is niet om een uitgebreide kritiek te leveren op de representatieve (parlementaire) democratie. Dit is al talloze keren gedaan en op talloze manieren: daarover hebben wij dus niets nieuws te melden. De enige reden om de parlementaire democratie te verdedigen gaf Cornelius Castoriadis al aan, Benjamin Constant citerend in diens 'De la liberté des Anciens comparée à celle des Modernes' uit 1820 - en voor hem Adam Ferguson in zijn 'An Essay on the History of Civil Society (1767)'. Deze liberale politici deden niet flauw om waarover het ging: hun belangstelling gold niet zozeer de samenleving als wel het borgen van privaat bezit en de mogelijkheid om winst na te jagen. In zo'n context betekent vrijheid niets anders en niets meer dan de vrijheid om te consumeren en om van zijn bezit te genieten. Daarvoor heb je een politiek systeem nodig die ook voor dat laatste garant staat, oftewel de liberale democratie. Het streven naar gelijkheid staat in zo'n systeem echt niet op de eerste plaats - om maar te zwijgen over broederschap.
----------[1] David Graeber, La Démocratie aux marges, trad. Philippe Chanial, Lormont : Le bord de l’eau, 2014.
http://www.editionsbdl.com/fr/books/la-dmocratie-aux-marges/206/Yep, could only find a French edition - possibly the only one. David does that sort of things. Review for French reading die-hards: https://lectures.revues.org/13511
(oh sorry, nu doe ik het in het Engels! ;-) [2] Castoriadis, Cornelius (2010), Démocratie et relativisme. Débat avec le MAUSS, Paris, Mille et Une Nuits. review (in 't Frans): http://www.participation-et-democratie.fr/node/632 ..........[*] Dit komt heel dichtbij de stellingen en projekten die , met een zeker succes, in Zürich worden uitbedacht en ook uitgevoerd, aangejaagd door, o.a., Hans Widmer (aka 'P.M.', ja die van Bolo'bolo).
https://neustartschweiz.ch/ Veel info, docu's & texten op http://o500.org/ o.a. P.M.'s The power of Neighborhood (2014) New York, Autonomedia http://o500.org/books/pm_power_of_neighborhood.pdf 't 'Flagship' project ;-) http://www.kraftwerk1.ch/ Widmer himself: https://www.youtube.com/watch?v=bzPSB3y-Hbk Grappig, hij noemt zich gelijk 'Vertretter' ... ______________________________________________________ * Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet * toegestaan zonder toestemming. <nettime-nl> is een * open en ongemodereerde mailinglist over net-kritiek. * Meer info, archief & anderstalige edities: * http://www.nettime.org/. * Contact: Menno Grootveld (rabotnik@xs4all.nl).